Vlaanderen heeft sinds 2015 een eigen verkeersveiligheidsfonds. Het leeuwendeel van de financiële middelen in dit fonds, komt uit de verkeersboetes met inbreuken op de verkeersveiligheidsregels die tot het Vlaams Gewest behoren.
Sinds 2016 werden de jaarlijkse inkomsten van verkeersboetes die het bedrag van € 143.314.000,00 overschreden, aan het fonds toebedeeld. Maar de voorbije jaren vielen de inkomsten echter tegen waardoor het Vlaams Verkeersveiligheidsfonds met minder financiële slagkracht vooruit moest.
Daar komt nu dus sinds het Decreet van 22 december 2017 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 2018 (B.S. 29.12.2017, blz. 116624 en volgende) verandering in. Artikel 2 van dit decreet bepaalt immers:
de jaarlijkse ontvangsten vanaf 1 januari 2018 uit de onmiddellijke inningen, de minnelijke schikkingen en de strafrechtelijke boeten die verband houden met de inbreuken op de reglementering inzake verkeersveiligheid, die krachtens artikel 6, § 1, XII, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen tot de bevoegdheid van het Vlaamse Gewest behoort, enerzijds tot en met het bedrag van 17.929.000 euro en anderzijds alle jaarlijkse ontvangsten in de mate dat die het bedrag van 161.243.000 overschrijden.
Met andere woorden, voortaan gaan de eerste slordige 18 miljoen euro per jaar aan inkomsten uit verkeersboetes, rechtstreeks naar het Vlaams Verkeersveiligheidsfonds. Deze financiële injectie (c.q. zekerheid) is cruciaal voor de uitvoering van het verkeersveiligheidsplan waarin de komende maanden onder meer zal worden gefocust op de verdere hervorming van de rijopleiding, de uitbouw van de trajectcontroles, en dergelijke meer.